***DISCLAIMER – bevat mogelijk spoilers. Lees eerst het boek ‘Buat’.***
Het Hof van Putten te Geervliet
In hoofdstuk 22 volgen we Cornelis de Witt, die eerst een brief krijgt van zijn broer. Die brief is authentiek, behalve de PS: die heb ik eraan toegevoegd om het verhaal over het uniform en het bed van Christiaan Huygens af te ronden. In het echt weten we niet wat er met die dingen is gebeurd.
Hierna begeeft Cornelis de Witt zich met zijn vrouw Maria van Berckel naar Geervliet om daar de Hoge Vierschaar te ‘spannen’. Dit was een jaarlijks terugkerend rechtsgeding waar de schout wetsovertreders voor ingevlogen rechters bracht. Cornelis de Witt was als Ruwaard niet de rechter, maar een soort Openbaar Ministerie. Hij moest toezien op een correcte juridische uitvoering en eiste, uit naam van de inwoners van Voorne-Putten, de straffen die wetsovertreders moesten ondergaan. Rechters bepaalden dan de werkelijke strafmaat.
De Hoge Vierschaar was het hoogtepunt voor de Ruwaard van Putten. Het was waarom hij Ruwaard was en de reden dat hij woonachtig moest zijn op het Hof van Putten. Het kasteel is helaas afgebroken. Dat het kasteel al in de zeventiende eeuw niet erg comfortabel was heb ik ontleend aan verschillende beschrijvingen.[1]
Geervliet bewaakt tegenwoordig trots het overgebleven erfgoed. Het huidige Geervliet heeft een levendige historische Kring, met een leuk lijfblad: Oud Nieuws.[2] De gegevens over de Vierschaar heb ik onttrokken aan de boeken van Geervlieter Felix van Hoorn: ‘Geervliet van stad naar dorp’ en ‘Het Hof van Putten en de Hoge Vierschaar’.[3] Als je meer wil weten, raad ik je aan om de tentoonstelling bekijken in het voormalige Stadhuis van Geervliet. Vorig jaar is er een beeld van Cornelis de Witt onthuld.
Verzonnen
In dit hoofdstuk heb ik meer verzonnen dan in de andere hoofdstukken. Wat bijvoorbeeld? Allereerst dat de Hoge Vierschaar in het jaar 1665 in augustus plaatsvond. Geen idee of die datering klopt. Ook is het aan mijn fantasie ontsproten dat de optocht van magistraten een fakkel bij de kerk ontstak en dat de stoet langs Maria en de kinderen liep. Die fakkel leek me logisch omdat de Hoge Vierschaar daadwerkelijk werd afgesloten met het uitgooien van een fakkel tegen de kerkmuur. Dan moest die fakkel ook aangestoken worden, leek me.
De eerbetuiging jegens Maria en de kinderen heb ik bedacht om de eerzucht van Maria te onderstrepen. In 1672 zal Cornelis een poging doen om het Ruwaardschap erfelijk te maken.
De zaak waarbij Cornelis wegdommelt (een man uit Piershil die zijn schutting te ver op het erf van zijn buurman heeft gezet) is een vooruitwijzing naar een zaak die in 1672 nog een grote rol zal spelen, rond de veroordeling van een barbier uit Piershil. Niet de zaak zelf, maar het feit dat Cornelis niet zit op te letten is belangrijk. De zaak rond de schutting heb ik uiteraard gebaseerd op een standaardgeschil van… de Rijdende Rechter. Mijn vriendje John Reid herkende het meteen toen hij dit hoofdstuk gelezen had. Hij vond het uit het leven gegrepen.
Jean-Marc van Tol,
07-05-2024
[1] https://www.rijnmond.nl/nieuws/164553/kasteel-in-geervliet-hof-van-putten
[3] https://www.bol.com/nl/nl/p/het-hof-van-putten-en-de-hoge-vierschaar/1001004005339140/ (Niet meer leverbaar. Ik heb het laatste exemplaar van Felix van Hoorn zelf gekregen)